Klaas Knot voor het eerst op bezoek bij collega’s in Suriname

21 februari 2024
Kennisbank

Tijdens zijn bezoek aan Suriname was Klaas Knot, president van de Nederlandsche Bank, afgekort DNB, op 13 februari te gast in het Torarica hotel in Paramaribo waar hij sprak over de rol van centrale banken in de samenleving. Het doel van de reis was om het belang van een goede samenwerking tussen centrale banken te benadrukken, kennis te nemen van de economische ontwikkelingen in Suriname vanuit de rol van de centrale bank en ook om persoonlijk meer te horen en te zien over de doorwerking van het slavernijverleden in Suriname. Een concreet voorbeeld van een uitdaging die de centrale bank en de overheid alleen samen kunnen aanpakken is het bestrijden van witwassen. Dat kunnen ze overigens niet zonder de hulp en inzet van private financiële instellingen. Zij zijn cruciaal als poortwachters om witwassen en terrorismefinanciering buiten het financiële stelsel te houden. Financiële integriteit waarborgen is immers niet makkelijk.

Na zijn aankomst in Suriname heeft Klaas Knot de directie en medewerkers van de Centrale Bank van Suriname gesproken om het belang van een goede samenwerking tussen centrale banken te benadrukken. Met president Santokhi heeft hij de economische situatie in Suriname besproken. Ook heeft hij de Nederlandse ambassadeur ontmoet. In Torarica heeft Knot een speech voor een breed publiek gegeven over ‘De centrale bank: midden in de samenleving’.

Daarnaast heeft hij het Elisabeth Samsonhuis bezocht, de voormalige woning van deze bijzondere, vrije, zwarte vrouw (1715-1771). Het historische pand wordt gerenoveerd zodat het kan worden opengesteld voor educatie en bewustwording over het slavernijverleden. DNB heeft hier eenmalig een bijdrage aan geleverd (zie kader). Op de residentie van de ambassade is hij in gesprek gegaan met nazaten van tot slaaf gemaakten. Het tweede deel van de reis ging naar Curaçao. Ook die reis stond in het teken van een goede samenwerking tussen de centrale banken en het slavernijverleden.

DNB bood op 1 juli 2022 excuses aan voor het eigen slavernijverleden, nadat uit onafhankelijk historisch onderzoek bleek dat vroegere bestuurders betrokken zijn geweest bij slavernij. Samen met het Cultuurfonds heeft DNB een speciaal fonds opgericht. Het fonds richt zich op lokale initiatieven van nazaten van tot slaaf gemaakten die bijdragen aan de verbetering van hun leefomstandigheden. Daarnaast heeft DNB eenmalig geld vrijgemaakt voor een aantal grotere projecten die bijdragen aan het bewustzijn over het slavernijverleden, waaronder de renovatie van het Elisabeth Samsonhuis en het Tula Museum.

Klaas Knot: “Maar om goed samen te werken moet je elkaar wel kennen. Dat is waarom ik vandaag hier ben. Mijn eerste bezoek aan Suriname. Eindelijk. Inderdaad. Mandaten zoals het monetair beleid, het toezicht op het betalingsverkeer en, meer in het algemeen, het behoud van de financiële stabiliteit, vragen om een centrale bank die midden in de samenleving staat. Want het verbeteren van de stabiliteit, het functioneren van en het vertrouwen in het financiële systeem, is de basis van een goed functionerende economie.”

Knot nadert nu het einde van zijn tweede termijn als president van De Nederlandsche Bank. Ruim twaalf jaar geleden, toen hij net begon, was de vraag die voor hem en de rest van het directieteam centraal stond: wat moeten en kunnen centrale banken doen om duurzame economische groei te bevorderen? De vraag was hoe?

Klaas Knot: “Wat ons toen inspireerde was een IMF-paper met de titel ‘Learning to Say No’, dat rond die tijd werd gepubliceerd. Voor goed toezicht op financiële instellingen zijn volgens de auteurs twee dingen nodig. Ten eerste het ‘vermogen’ om toezicht te houden. Dit vereist passende middelen, goede wet- en regelgeving, deskundige kennis, autoriteit en constructieve werkrelaties met andere instanties en met de overheid. Ten tweede moeten toezichthouders naast het ‘vermogen’ ook de ‘wil’ hebben om te handelen. Toezichthouders moeten bereid en bevoegd zijn om tijdige en effectieve actie te ondernemen, in te grijpen in de besluitvorming, algemene wijsheden in twijfel te trekken en impopulaire beslissingen te nemen.”

De overtreffende trap van financiële stabiliteit is duurzame groei en welvaart. Daarom kiest Knot voor de lange in plaats van de korte termijn, voor welvaart én welzijn, voor economische ontwikkeling én leefbaarheid. Maar volgens Knot kan het één niet zonder het ander: de eerste stap, de basisopstelling, is en blijft financiële stabiliteit. Wat daarvoor eerst en vooral nodig is, is een sterke centrale bank. Een centrale bank met het vermogen en de wil om te doen wat moet en wat kan om die cruciale financiële stabiliteit te garanderen. Het vermogen om dat waar te maken staat en valt met goede spelers. Mensen die de kennis en kunde hebben om een centrale bank te zijn die middenin de samenleving staat. Een centrale bank die doet wat moet. Ook bij tegenwind. Dat begint bij het streven naar, het bereiken en vervolgens het handhaven van prijsstabiliteit. “U weet wat ik bedoel: zonder duurzaam lage inflatie mist de economie een anker. Dan raken niet alleen de prijzen op drift maar ook de bestaanszekerheid van mensen,” aldus Knot.

Wereldwijd zijn banken druk bezig met ‘derisking’

Klaas Knot:  “Dat zien we in de Nederlandse praktijk. En dat zien we hier in Suriname, waar ‘cash is king’. Naast Surinaamse dollars circuleren er ook veel Amerikaanse dollars en euro’s. De herkomst van al die cash is moeilijk na te gaan. In Nederland hebben we de Rotterdamse haven waar steeds weer spullen binnenkomen die we liever buiten houden. Hier in Suriname zijn er de eindeloze, moeilijk te bewaken grenzen en een inherente geografische kwetsbaarheid. Gelukkig wijst de laatste rapportage van de Caribbean Financial Action Taskforce op voortgang bij de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. Er is nu een Wet Strafbaarstelling Money Laundering, een Casinowet en de Wet Toezicht en Controle Kansspelen. Dat zijn mooie stappen. Maar er is nog een flinke weg te gaan. En het is belangrijk om die weg te volgen.”

Vervolgens komt de waarschuwing van Knot: “Als Suriname achterop raakt in de bestrijding van witwassen is de kans groot dat banken hun correspondentrelaties met Surinaamse tegenpartijen zullen beëindigen. Suriname zou dan geïsoleerd raken in het internationale financiële circuit, en dat zou niet alleen slecht zijn voor de financiële sector, maar voor de Surinaamse economie en samenleving. In de CFATF rapportage en ook in de laatste IMF-rapporten staat welke stappen nog gezet kunnen worden door alle betrokken partijen.”

Klimaatverandering heeft ook een ander, niet te negeren gevolg: het verlies van biodiversiteit. Het verlies aan biodiversiteit is een van de grootste uitdagingen van onze tijd. De komende decennia dreigen wereldwijd een half tot één miljoen plant- en diersoorten uit te sterven als gevolg van landgebruik, klimaatverandering, vervuiling en overexploitatie. Hij, Klaas Knot, wist het al en zag het nu met zijn eigen ogen: Suriname is één van de groenste landen ter wereld: meer dan 90% is bedekt met bossen.

De financiering van economische activiteiten die bedreigd worden door het verlies aan biodiversiteit – de beschikbaarheid van ecosysteemdiensten, zoals hout, dierlijke bestuiving en bodemvruchtbaarheid – levert financiële risico’s op voor banken, pensioenfondsen en verzekeraars die deze economische activiteiten financieren. DNB heeft die gevolgen voor Nederlandse financiële instellingen in kaart gebracht. Nederlandse financiële instellingen hebben wereldwijd voor 510 miljard euro aan financieringen uitstaan aan bedrijven met een hoge of zeer hoge afhankelijkheid van een of meerdere ecosysteemdiensten. Een van die ecosysteemdiensten is dierlijke bestuiving. Meer dan driekwart van de belangrijkste voedselgewassen voor voedselvoorziening is in meer of mindere mate afhankelijk van deze bestuiving, bijvoorbeeld door bijen of vogels. Het wegvallen van dierlijke bestuiving bedreigt zo’n 5 tot 8% van de wereldwijde gewasproductie per jaar. De blootstelling van financiële instellingen aan bedrijven die bestuivingsafhankelijke producten, zoals chocolade en koffie, maken bedraagt 28 miljard euro, aldus DNB.

Daarnaast lopen financiële instellingen reputatie- en transitierisico’s als zij bedrijven financieren die een grote negatieve impact hebben op biodiversiteit. Volgens DNB hebben Nederlandse financiële instellingen wereldwijd voor 97 miljard euro aan financiering uitstaan bij bedrijven waar sprake is van milieu controverses. Negatieve impact die direct te herleiden is naar een bedrijf heeft zowel voor het bedrijf zelf als de financiële instellingen reputatieschade tot gevolg. Daarom is het belangrijk dat financiële instellingen, niet alleen in Nederland maar ook hier en overal ter wereld, tijdig in kaart brengen in welke mate hun portefeuilles zijn blootgesteld aan biodiversiteitsrisico’s. Alleen dan is het mogelijk om die risico’s te beheersen.

Omdat klimaatverandering een van de belangrijkste oorzaken is van biodiversiteitsverlies, is het belangrijk dat financiële instellingen in het algemeen en centrale banken in het bijzonder, een bijdrage leveren aan de transitie naar een groene toekomst en – dus – groene financiën. Dat is geen eenvoudige opdracht.

Klaas Knot:“Onze andere rol, de rol van economisch adviseur komt voort uit, en bestaat bij gratie van onze kennis en kunde, op gegevens en feiten: wij zijn centrale bankiers, geen filosofen. Dus voordat we een probleem kunnen aanpakken, moeten we niet alleen weten welke vraag we moeten stellen, maar willen we vooral het probleem begrijpen. En om het te begrijpen moeten we het vaak kwantificeren. Daarom verzamelen we essentiële gegevens om ontwikkelingen te monitoren, zodat we op basis daarvan effectieve beslissingen kunnen nemen. Dat doen we als nationale centrale bank, maar vooral samen met de ECB en de FSB. Statistici van centrale banken in het eurogebied hebben bijvoorbeeld de laatste tijd hard samengewerkt met de ECB om duurzaamheidsgegevens te genereren. Gegevens die duidelijk maken wat de CO2-voetafdruk is van beleggingen door de financiële sector. Gegevens die vervolgens kunnen worden gebruikt om te meten in welke mate de sector wordt blootgesteld aan transitierisico’s. Gegevens meten of en zo ja welke, fysieke risico’s er kunnen ontstaan voor leningen en investeringen als gevolg van klimaatverandering. Gegevens die laten zien in hoeverre financiële instellingen hebben geïnvesteerd in duurzaamheid, bijvoorbeeld via groene obligaties. Ja, dat zijn een hoop data, dat is een hoop werk, maar we hebben die gegevens, die kennis nodig om overheden en financiële instellingen zo goed mogelijk te kunnen adviseren over hoe we verder kunnen en moeten richting een duurzame, groene toekomst. Niet alleen in eigen land, maar ook via de ECB, de FSB en andere internationale samenwerkingen. Zoals tussen DNB en de Centrale Bank van Suriname.”

Foto DNB : Ontvangst van de DNB-delegatie en de President van de Centrale bank van Suriname bij President Santokhi van Suriname.



Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *