De onderste steen Bovens

22 april 2021
Kennisbank

Jacques Jetten

In de Nederlandse provincie Limburg heerst al heel lang een cultuur van “ons kent ons”. Dat komt volgens sociologen voort uit de wijze waarop het katholieke geloof, dat in deze provincie vanouds de overhand heeft, wordt beleefd. “Roomsche blijheid” wordt daarover in de westelijke en noordelijke provincies gezegd, ofschoon de kerken inmiddels behoorlijk zijn leeggestroomd. Het heeft vooral te maken met het beeld, dat men daar heeft van carnaval en het bourgondische levens genieten, dat vooral in Maastricht met een chauvinistisch sausje wordt overgoten. Dat dit gemakkelijk kan doorslaan in gesjoemel en vriendjespolitiek is een publiek geheim. Onderzoeksjournalisten als Dohmen, Langenberg en Van der Steen hebben vaker grove schandalen aan het licht gebracht die meestal weer snel in de doofpot verdwenen nadat er een barbertje was opgehangen. Van de bestsellers “De Vriendenrepubliek” en “Het geluk van Limburg” is alom besmuikt gesmuld. Wanneer jouw naam in die boeken stond, was dat een geuzennaam, vooral als die ook bij justitie bekend was. “De Vriendenrepubliek” is dringend aan een vervolg toe, de namenlijst is ongetwijfeld veel langer en justitie is allang het spoor bijster in Palermo aan de Maas. In het Limburgs werd sandaal al heel lang met sch geschreven. 

De oud deputé Herman Vrehen kennen wij nog van de Echter Sinterklaas affaire uit 2009, toen in Echt-Susteren door het CDA gegraaid werd uit de Essent dividendgelden om het verenigingsleven te trakteren. Hij leende ook een paard van een bevriende ondernemer om naar Ispahaan te vluchten, Dieudonné Akkermans was daar toen burgemeester, thans in Eijsden-Margraten en voorzitter van de Raad van Toezicht van het IKL. Laat van die natuurbeschermingsorganisatie nu juist Vrehen directeur zijn. En weer was het Joep Dohmen die aan het licht bracht dat Vrehen honderdduizenden euro’s provinciale subsidie aan het IKL doorsluisde naar zijn eigen B.V.’s. En dat was allemaal goed geregeld in het collegeprogramma van de Provincie, dat door de deputés, CDA-ers Ger Koopmans en Hubert Mackus was opgesteld. Vrehen regelde ook via het IKL dat CDA-kandidaten voor de Statenverkiezingen in 2019 in elke Limburgse gemeente een lindeboom konden planten. De 31 bomen inclusief palen en boombanden kostten zo’n 3000 euro, maar het CDA hoefde slechts 350 euro te betalen. Dit is maar een voorbeeld van het gesjoemel. Bij het schandaal waren opnieuw paarden betrokken: van de Stichting Limburg Paardensport was Vrehen secretaris-penningmeester en dan weet je het wel. Ze hebben hem nu de snelste weg naar de uitgang gewezen, zowel bij het IKL als bij de SLP, maar het geld was al eerder weg. Koopmans en Mackus moesten ook aftreden en in hun kielzog is vervolgens het hele college van GS opgestapt. Gouverneur Theo Bovens ook, maar hij zou nog even aanblijven om de lopende zaken af te werken. Om hem moverende redenen zag hij daar bij nader inzien vanaf en droeg het stokje over aan Johan Remkes, die inderhaast door minister Kajsa Ollongren was aangewezen als waarnemend gouverneur. Hij drukte zijn befaamde snor, voordat in volle breedte bekend wordt hoe groot de schade voor de provincie bedraagt en hoe lang dit allemaal al aan de gang is geweest. Het is nu wachten op het aftreden van burgemeester Akkermans, wiens blazoen opnieuw bezoedeld is. Bij Eijsden komt de Maas ons land binnen en daar beginnen dus de mazen in de wet.

Gedragscode integriteit

Op 24 februari 2021 stond in het Provinciaal Blad van Limburg de Gedragscode Integriteit Gedeputeerde Staten Provincie Limburg 2021. Volgens artikel 1 geldt die voor de gouverneur en voor de gedeputeerden, maar richt zich ook tot de bestuursorganen. De gedragscode is niet mals. Paragraaf 2 gaat al meteen over het voorkomen van belangenverstrengeling, onder andere door nevenfuncties. Qualitate qua is de gouverneur degene, die de integriteit van gezagsdragers in zijn provincie nauwlettend in de gaten houdt, maar er is in de provincie ook een commissie integriteit ingesteld, waarin vijf statenleden zitting hebben. Pascale Plusquin van de Partij voor de Dieren is voorzitter en voor zover ik dat kan overzien, doet ze dat met schone handen. Intussen heeft Bovens begrepen dat zijn handen niet meer zo schoon zijn als vereist bij de hoogste autoriteit op het gebied van de integriteit. Hij kan niet meer met opgeheven hoofd de onderste steen boven laten komen bij een onderzoek naar de onkreukbaarheid van zijn naaste collega’s en partijgenoten in het provinciaal college. Zeker niet naar de CDA-er Koopmans over wiens integriteit een parlementaire enquête is gestart. Koopmans had zich als Statenlid bemoeid met een 240 miljoen euro kostend project rond de Maas in Venlo. Ook was hij commissaris bij baggerbedrijf Terraq, dat een financieel belang had bij dit project. De 30 duizend euro die hij beurde als commissaris, liep via zijn eigen adviesbureau en hij had dat niet bij de provincie gemeld. Dit is allemaal nog maar het topje van de ijsberg en de onderste steen zou nog wel eens als een boemerang terug kunnen komen bij degene die dat aan het licht had moeten brengen. Nadat dit door journalisten van NRC is gebeurd, is dat veel te laat. Dan kent ons ons niet meer.

De auteur Mr. Jacques Jetten is jurist en woonachtig in Limburg.



Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *