Bazel 3 en de Nederlandse banken

02 januari 2015
Kennisbank

Uit de meest recente monitoring-exercitie van het Bazels Comité voor het bankentoezicht over de voortgang bij het bereiken van Bazel 3 blijkt dat de Nederlandse banken hun kapitaalbuffers verder moeten versterken om aan de geleidelijk strenger wordende eisen van het nieuwe toezichtraamwerk Bazel 3 te voldoen.

Tot en met 31 december 2013 gold voor Nederlandse banken het Bazel 2 regime. Op 1 januari 2014 is in Nederland het nieuwe Bazel 3 regime in werking getreden, dat hogere kapitaal- en liquiditeitseisen stelt aan banken. Deze verhoogde eisen worden niet allemaal in één keer ingevoerd. Elk jaar vanaf 2014 worden de eisen een stukje strenger, totdat in 2022 alle onderdelen van Bazel 3 volledig zijn ingevoerd. Zo zullen bijvoorbeeld sommige reeds bestaande financieringsinstrumenten geleidelijk niet meer mogen meetellen in de kapitaalbuffer. Banken moeten dus op den duur aan strengere eisen voldoen, maar ze mogen wel een aantal jaren de tijd nemen om daar naar toe te groeien. Winstinhoudingen, kostenbesparingen, balansaanpassingen en uitgifte van nieuwe kapitaalinstrumenten zijn voor de hand liggende maatregelen om uiteindelijk aan het raamwerk te voldoen.
De kapitaalratio’s
Eind december 2013 was de totale kapitaalratio van Nederlandse banken onder het oude Bazel 2 regime gemiddeld 18,6%. Zou echter Bazel 3 volledig zijn ingevoerd op die datum dan zou als gevolg van definitieverzwaringen dit percentage gezakt zijn naar 14,1%. De CET1 kapitaalratio (een maatstaf voor de hoeveelheid kapitaal van de hoogste kwaliteit) was onder het oude Bazel 2 regime op die datum 13,8%. Wederom zou dit percentage dalen en wel naar 11,8% wanneer Bazel 3 volledig zou zijn ingevoerd.
Tenslotte zou de nieuwe Bazel 3 leverage ratio (volgens de meest strenge definitie) gemiddeld 3,8% zijn per eind december 2013. Hoewel deze percentages niet bij alle individuele banken hoog genoeg zijn om aan de toekomstige eisen te voldoen, is het wel belangrijk op te merken dat de percentages de afgelopen drie jaar langzaam maar gestaag zijn gestegen. De figuur hierboven (gemiddelde gewogen kapitaalratio’s Nederlandse banken)  geeft een overzicht van hoe verschillende kapitaalratio’s onder het oude Bazel 2 en nieuwe Bazel 3 regime zich tot elkaar verhouden.
Nog meer kapitaal nodig
Nederlandse banken zullen de komende jaren hun kapitaalpositie verder moeten verbeteren om ook in de toekomst aan alle eisen te kunnen voldoen. Wanneer Bazel 3 namelijk volledig zou zijn ingevoerd op 31 december 2013, dan hadden de Nederlandse banken nog zo’n € 4 miljard aan aanvullend kernkapitaal nodig en zo’n € 20 miljard aan overige kapitaalvormen, zoals hybride instrumenten. Door verdere winstinhoudingen, maar ook door het vervangen van aflopende financieringsinstrumenten door varianten die wel aan de nieuwe eisen voldoen, kan in deze toekomstige behoefte worden voorzien. Wel is het zo dat, hoewel de meeste kapitaaleisen die aan banken worden gesteld bekend zijn, er een paar onderdelen zijn die nog nader worden ingevuld. Voor die onderdelen heeft De Nederlandsche Bank (DNB) een inschatting gemaakt. Het is belangrijk op te merken dat deze bedragen geen definitieve tekorten zijn: slechts wanneer een bank geen aanpassingen zou doorvoeren (zoals toekomstige kapitaalversterkingen of winstinhoudingen) zullen de tekorten materialiseren.
In internationaal perspectief doen Nederlandse banken het overigens relatief goed. De totaal kapitaalratio van Europese banken, onder de meest strenge variant, is gemiddeld 12,1%, tegen de hierboven genoemde 14,1% voor Nederlandse banken. Ook de gemiddelde Nederlandse CET1 ratio is met 11,8% hoger dan het Europees gemiddelde van 10,1%.
Bron: DNB

Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *