Jan van Koningsveld: “Offshore-vennootschappen kosten ons miljarden”

22 juni 2016

Frank van den Nieuwenhuijzen
Zijn opkomst is vermeldenswaard: Jan van Koningsveld start met een fragment uit Batman: The Dark Knight en is uitgedost als The Joker. “Waarom sta ik hier met een masker op? Tot twintig jaar geleden hadden vrijwel dagelijks bankovervallen plaats. Dat is geweest… Tegenwoordig dragen mensen die financial crimes begaan geen maskers meer. Ze gebruiken nu offshore-vennootschappen. Ik vond het hoog tijd om de offshore-wereld eens te ontmaskeren.”
Recent promoveerde Van Koningsveld – voormalig FIOD-rechercheur – aan Tilburg University met een onderzoek naar het functioneren van offshore-vennootschappen (OSV’s). “Meteen even twee conclusies: wereldwijd zijn er zo’n veertig landen die offshore-vennootschappen huisvesten. In totaal gaat het om 2,1 miljoen bedrijven met een geaccumuleerd vermogen van € 5565 miljard. Dat is ongeveer een derde van het wereldvermogen.” Bij de vaststelling van dit bedrag ging Van Koningsveld alleen uit van banktegoeden, niet van andere vermogensbestanddelen.
De belastingautoriteiten hebben het nakijken, aldus Van Koningsveld. “Vertaald naar de Nederlandse situatie loopt onze overheid – en mijn onderzoek beperkt zich hierbij tot de groep ‘vermogende particulieren’ – jaarlijks € 10 miljard mis door belastingontwijking en -fraude. Dat verklaart meteen de groeiende aandacht voor dit probleem.”
Markt
Tweede conclusie: in 54% van de strafrechtelijke onderzoeken naar financial crime – zoals witwassen en grootschalige belastingfraude – zijn offshore-vennootschappen betrokken. Daarbij deed de promovendus een opmerkelijke ontdekking. “Vrijwel nooit gaat het Openbaar Ministerie over tot vervolging. De redenen daarvoor zijn mij niet helemaal duidelijk.” Die terughoudendheid verklaart waarom een bedrijf als Mossack Fonseca, bekend uit de Panama Papers, dertig jaar lang onder de radar bleef.
Volgens Van Koningsveld is de wereld van de OSV’s een ‘gewone’ economische markt gedicteerd door vraag en aanbod. Een OSV heeft specifieke kenmerken: zo is er een registered agent nodig maar dat is niet per definitie een bestuurder. Wat verder opvalt is dat veel bankrekeningen van een offshore-vennootschap onshore uitstaan. “Er zit veel variatie in de geldstromen én in de organisatiestructuur. Het is makkelijk om ze op te richten maar ontzettend moeilijk om ze te ontmaskeren.”
Aanpak
Toch zijn er wel signalen die de wenkbrauwen moeten doen fronsen. “Miljoenenfacturen die worden betaald aan een OSV? Een lening die van daaruit aan een bedrijf of stichting wordt verstrekt? Het zijn geen red flags maar keiharde alarmbellen.” Van Koningsveld is sceptisch over de huidige opsporingspraktijk. “Ik zie te vaak dat diensten, los van elkaar, bezig zijn om het wiel opnieuw uit te vinden. We kunnen veel leren van zaken uit het verleden. Misschien moeten we daarom zoeken naar manieren om kennis beter te borgen en te delen. Een ander manco is een solide transactie-monitorsysteem. Vaak zijn de analyses nog gebrekkig.”
Expertpanel
Hierna is er een korte paneldiscussie rond het thema ‘trust’. Moderator Edwin Weller: “Voor de zaal: Wie vindt belastingontwijking OK?” Het blijft bij een minderheid, maar toch gaan er volop handen de lucht in. “En hoe zit dat bij het panel?,” vraagt Weller.
André Nagelmaker is voorzitter van Holland Quaestor, de vereniging van trustkantoren: “Bij ‘belastingontwijking’ praat je over twee varianten. Enerzijds het ontwijken van dubbele belasting en anderzijds het toepassen van kunstgrepen. Dat eerste is geen punt: het draagt bij aan de ontwikkeling van het bedrijf en van de economie. Om dezelfde reden ben ik tegen kunstgrepen. Daarmee wordt namelijk geen economisch doel gediend.”
Ook panellid Arthur de Groot (directeur IFFC) vindt belastingontwijking soms wel te billijken.
Marcella van Berkel (specialist asset recovery bij Europol): “Ik ben het op zich eens met de redenering van André. Maar uit hoofde van mijn functie zeg ik toch dat ik tegen beide vormen van belastingontwijking ben.”
Jan van Koningsveld: “Ook ik heb wel begrip voor belastingontwijking. Overigens doet internationaal de term ‘agressieve belastingontwijking’ opgeld. Dat is dus weer iets heel anders dan spelen met de regels.”
Holland Quaestor
Edwin Weller: “André, jij zit hier namens Holland Quaestor. Wat is precies jullie rol in de trustwereld?”
André Nagelmaker: “Wij zijn een samenwerkingsverband van een aantal trustkantoren dat tot doel heeft de professionaliteit, kwaliteit maar ook de betrouwbaarheid van de dienstverlening te vergroten. Dat doen we bijvoorbeeld door kennisdeling, de dialoog over ethiek en permanente opleiding.”
Jan van Koningsveld: “Opleiding is een cruciaal aspect. Dat is gedurende mijn onderzoek wel naar voren gekomen. Op sommige terreinen, waaronder dat van de OSV’s, zijn financiële professionals niet altijd even goed onderlegd.”
Marcella van Berkel: “Ook wij proberen concreet afspraken te maken over kennisoverdracht. Ook in opsporing is dat natuurlijk een factor van belang. Onze leden – politie- en justitiediensten, niet zozeer mensen uit de financiële sector – zijn afkomstig uit 56 verschillende rechtsgebieden. Dat maakt een eenduidig begrip van zaken soms lastig. In de praktijk blijkt het bovendien moeilijk om financieel onderzoek te implementeren in regulier strafrechtelijk onderzoek. Alle reden om hierover met elkaar onderling in dialoog te blijven.”
Politiek
Edwin Weller: “In hoeverre heeft ook de politiek schuld aan misstanden? De regels waarmee we werken zijn niet altijd even duidelijk…”
Jan van Koningsveld: “Ik vind inderdaad dat de toezichthouders soms vage, open normen hanteren. Zo is er bijvoorbeeld geen eenduidige definitie van wat een ‘offshore-vennootschap’ nu precies is. De politiek moet dus duidelijkere kaders scheppen.”
André Nagelmaker: “Geheel eens. Bij Holland Quaestor is afgesproken om onderling eenduidiger invulling te geven aan sommige open normen. Vervolgens communiceren we deze aanpak ook terug naar de toezichthouder. Ik heb nog wel een tip voor de politiek. Als je de normen beter invult hoef je misschien ook niet steeds nieuwe regels erbij te maken. Ik zeg: streef naar minder regels, maar dan wel met beter ingevulde normen.”
Edwin Weller: “Het heeft natuurlijk ook altijd weer met ethiek te maken…”
Arthur de Groot: “Iedereen krijgt van huis uit wel iets mee van wat wel en niet mag. Maar de grote katalysator in financial crime is natuurlijk de perverse prikkels. Veel mensen worden daardoor verleid.”
Marcella van Berkel: “‘Hebzucht’ speelt een wezenlijke rol. Veel zaken zijn ingegeven door het principe van meer, meer, meer.”
Jan van Koningsveld: “Over ethiek gesproken: ik constateer een beetje een verschuiving in onze belastingmoraal. Omdat multinationals – zoals Starbucks – vaak het slechte voorbeeld geven, ontstaat er bij de burger een perceptie van oneerlijkheid. Vervolgens gaat ook de gewone man volop opportunistisch handelen.”
Op het Risk & Compliance Platform Europe vindt u meerdere redactionele verslagen van het Risk & Compliance Congres 2016 ( en ook van 2015).



Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *