Photo: Hoofdkantoor Attijariwafa Bank in Casablanca, Marokko

Ontslagen, dubieuze Compliance Officer maakt bezwaar tegen ontslag op staande voet door zijn bank Attijariwafa Bank Europe SA

25 mei 2021
Kennisbank

Op 11 mei 2021 kwam het Gerechtshof Amsterdam in hoger beroep met een tussenbeschikking over een merkwaardige zaak die een Compliance Officer had aangespannen tegen zijn werkgever, Attijariwafa Bank Europe SA uit Parijs met vestiging in Amsterdam. De Compliance Officer had duidelijk gefraudeerd, werd op staande voet ontslagen maar hij vocht het ontslag aan. De Compliance Officer wordt ernstig verwijtbaar handelen ten laste gelegd. Hij had aan collega’s opdracht gegeven om oude handtekeningen van cliënten te knippen en te plakken in nieuwe formulieren.

De Compliance Officer wenst dat de arbeidsovereenkomst per 1 juni 2020 weer hersteld wordt en indien het hof dat onredelijk voorkomt er een transitievergoeding van 49.163,64 euro bruto en een billijke vergoeding van 505.000 euro bruto aan hem wordt toegewezen. Uit het vonnis blijkt dat de Compliance Officer op 1 september 1994 in dienst getreden is. De mondelinge behandeling van het hoger beroep heeft plaatsgevonden op 12 maart 2021. De kantonrechter had al eerder een aantal feiten in deze zaak vaststaand aangemerkt, zoals hierna opgesomd.

Verscherpt toezicht

Sinds 2016 staat de Nederlandse vestiging van Attijariwafa Bank Europe SA, hierna te noemen ABE, onder verscherpt toezicht van De Nederlandsche Bank (DNB). Bij beslissing van 19 december 2017 heeft DNB aan ABE bestuurlijke boetes opgelegd vanwege schending van verplichtingen uit hoofde van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft).

Begin 2018 heeft DNB een integriteitsonderzoek bij ABE uitgevoerd waarbij opnieuw is vastgesteld dat de wettelijke vereisten met betrekking tot het cliëntenonderzoek structureel en stelselmatig niet werden nageleefd. Naar aanleiding hiervan heeft ABE een Improvement Plan of Action opgesteld waarvan onder meer onderdeel was een analyse achteraf van hoog risico cliëntendossiers. Deze analyse bestond uit het opnieuw identificeren van de hoog risico cliënten door middel van het invullen van een zogenoemd CAF-formulier (Client Acceptation Form) dat door de desbetreffende cliënt diende te worden ondertekend. Het invullen van de CAF-formulieren werd gedaan door baliemedewerkers werkzaam in de vestigingen Amsterdam, Rotterdam en Utrecht.

Ter uitvoering van de analyse is begin 2019 een taskforce ingesteld onder de naam ‘Cellule de review’ (hierna: de Cellule) waarvan onder andere de Compliance Officer deel uitmaakte. In opdracht van ABE heeft een extern onderzoeksbureau, DPA Compliance & Risk (hierna: DPA), de door ABE uitgevoerde klantonderzoeken gecontroleerd. Bij e-mail van 30 oktober 2019 Compliant Consultant x van DPA, aan ABE geschreven dat op 29 oktober 2019 was ontdekt dat in een dossier op een CAF-formulier de handtekening van de cliënt was gekopieerd uit een ander document en dat vervolgens in acht van dertien willekeurig uitgekozen dossiers – die al waren beoordeeld door de Cellule – dat ook is geconstateerd. Op 5 november 2019 heeft ABE over de bevindingen van DPA gesprekken gevoerd met drie baliemedewerkers die belast waren met het invullen van de CAF-formulieren, en aansluitend daarop met de Compliance Officer gesproken.

Ontslag op staande voet

ABE heeft laatstgenoemde op 8 november 2019 op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van 8 november 2019 staat, voor zover van belang, het volgende:
“Tijdens ons gesprek van dinsdagmiddag 5 november 2019 rond 17.00 uur heeft u bevestigd dat het kopiëren van handtekeningen van klanten in het verleden op CAF-klantformulieren geplaatst om vervolgens te kopiëren naar de nieuwe CAF-klantformulieren (client acceptance forms) zonder dat u deze klanten heeft uitgenodigd of gezien, laat staan geïdentificeerd conform de u bekende Wwft-regels en de u eveneens bekende richtlijnen en procedurevoorschriften van de bank, als niet frauduleus beschouwd.
U bevestigde welbewust de risico’s te hebben beoordeeld van de periode tussen het oude ondertekende CAF-formulier en het nieuwe te ondertekenen CAF-formulier. U geeft daarmee aan bekend te zijn met het feit dat de handtekeningen van de betreffende klanten werden gekopieerd en op de nieuwe CAF-formulieren werden geplaatst. Het werk van de evaluatie-eenheid (‘cellule de review’) viel onder uw verantwoordelijkheid en u werd geacht de door de agentschappen gescande CAF-formulieren te beheren. U gaf tijdens bovenstaand gesprek aan dat u geen controle had of althans niet uitvoerde over de terugontvangen formulieren van de agentschappen. Dit betekent een nalatigheid van uw verplichtingen als verantwoordelijke van deze eenheid.
U bent ermee bekend dat de bank reeds geruime tijd onder strenge controle van DNB staat en dat de CAF’s mede om die reden opnieuw moesten worden beoordeeld. U bent er tevens mee bekend dat bij integriteitsovertredingen DNB zware straffen kan opleggen aan werkgever, waaronder zeer omvangrijke financiële boetes.
(…)
Uw handelwijze vormt onder genoemde omstandigheden een dringende reden tot ontslag op staande voet volgens artikel 7:677 BW.”

De Compliance Officer heeft in eerste aanleg, na wijziging van het verzoek ter zitting, verzocht om vernietiging van het ontslag op staande voet, wedertewerkstelling en, onder meer als voorlopige voorziening, doorbetaling van zijn salaris.

ABE heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot afwijzing van het verzoek van de Compliance Officer. Voor het geval dat het ontslag op staande voet geen stand zou houden, heeft ABE verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden primair vanwege verwijtbaar handelen, subsidiair vanwege een verstoorde arbeidsverhouding en meer subsidiair op de zogenoemde i-grond, zonder daarbij aan Compliance Officer de transitievergoeding toe te kennen, in alle gevallen met veroordeling van de Compliance Officer in de proceskosten.

In de tussenbeschikking heeft de kantonrechter geoordeeld dat het ontslag op staande voet niet in stand kan blijven. Naar het oordeel van de kantonrechter was op het moment van ontslagverlening, gelet op de formulering van de ontslagbrief, voor de Compliance Officer niet duidelijk welke dringende reden aan het ontslag ten grondslag werd gelegd. De verzoeken van de Compliance Officer tot vernietiging van de opzegging van de arbeidsovereenkomst en tot doorbetaling van loon zijn toegewezen. De beslissing op het verzoek om wedertewerkstelling is aangehouden in afwachting van de uitkomst van het ontbindingsverzoek. In het ontbindingsverzoek heeft de kantonrechter ABE toegelaten tot het bewijs van haar stelling dat de Compliance Officer opdracht heeft gegeven aan collega’s tot, althans uitleg heeft gegeven over het kopiëren van handtekeningen van cliënten op oude documenten in/naar CAF-formulieren.

Het hof besliste om het getuigenverhoor te heropenen en stelt de Compliance Officer in de gelegenheid getuigen te doen horen in contra-enquête en houdt iedere verdere beslissing aan.

Wordt vervolgd derhalve en voor de liefhebbers hierbij de volledige uitspraak.

Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *