Corporaties moeten betaalbaarheid hoog in het vaandel hebben

03 maart 2022

Zeno Winkels

Hugo de Jonge, de nieuwe minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) werkt vanaf heden met meerdere nieuwe ministers van Rutte IV aan ‘wonen’. Dat is hard nodig want de woningnood, de stijgende woonlasten en de verduurzaming vragen daadkracht. De Woonbond heeft grote zorgen over de hoge woonlasten. In het regeerakkoord is te weinig aandacht voor betaalbaar wonen voor lage en middeninkomens. Zo gaat de eigen bijdrage voor huurders met huurtoeslag omhoog en spreekt het regeerakkoord van het verhogen van huurprijzen voor middeninkomens in een sociale huurwoning tot de ‘marktconforme’ hoge huur. Komt bij dat de doorrekeningen van het regeerakkoord door het Centraal Planbureau (CPB) laten zien dat veel huurtoeslagontvangers er de komende jaren op achteruit zullen gaan met de plannen van het kabinet.

De middeninkomens riskeren fikse verhogingen tot ver boven de sociale huurgrens. De Woonbond maakt zich hierover zorgen en roept De Jonge op te voorkomen dat deze huurders financieel knel komen te zitten. Het recht op betaalbaar wonen moet centraal staan in het komende beleid. Rutte IV wil ‘middenhuurwoningen’ huurprijs-bescherming bieden. Dit maakt wonen voor middeninkomens betaalbaarder én houdt het rendabel voor beleggers om in deze woningen te investeren. Helaas is nu nog onduidelijk hoe De Jonge dit voornemen uitwerkt. De Woonbond pleit er voor om de huurprijsbescherming zoals die nu geldt voor de sociale huursector voor dit segment te hanteren.

Veel huurders zijn een te groot aandeel van hun inkomen kwijt aan huur. En terwijl veel lage inkomens nu al niet rond komen, wil dit kabinet de eigen bijdrage (het bedrag waar huurtoeslagontvangers geen huurtoeslag voor ontvangen) nog eens verhogen. Hierdoor gaan lage inkomens er op achteruit. De Woonbond roept minister Carola Schouten dan ook op bij haar collega’s te wijzen op de negatieve uitkomsten van dit soort beleid, waarmee armere huishoudens geraakt worden.

Grote groepen huurders dreigen verder in de knel te raken

Met het verdwijnen van de verhuurderheffing in 2023 krijgen woningcorporaties meer geld beschikbaar voor sociale nieuwbouw en verduurzaming. Maar ook het verbeteren van de betaalbaarheid is een opgave die in dit rijtje thuishoort. De huurders hebben de huurprijzen onder druk van de verhuurderheffing immers fors zien stijgen. En door de hoge inflatie, en plannen met bijvoorbeeld de huurtoeslag, zijn er grote groepen huurders die verder in de knel dreigen te raken.

De doorrekeningen van het regeerakkoord door het Centraal Planbureau (CPB) laten zien dat veel huurtoeslagontvangers er de komende jaren op achteruit zullen gaan met de plannen van het kabinet. Er gaat veel veranderen aan de huurtoeslag. Daar zitten een paar kleine verbeteringen bij. Maar huurtoeslagontvangers gaan er ook veel op achteruit. Terwijl de huur voor veel lage inkomens die huurtoeslag ontvangen nu al niet betaalbaar is. De maximale huurprijs waarmee men recht heeft op huurtoeslag gaat per 2024 verdwijnen. Daardoor kunnen lage inkomens met een huurprijs boven de ‘huurtoeslaggrens’ (die ligt dit jaar op €763,47 ) toch huurtoeslag aanvragen. Dat is goed nieuws voor huurders met een laag inkomen en torenhoge huur. De leeftijdsgrens waarmee jongeren aanspraak kunnen maken op reguliere huurtoeslag wordt verlaagd van 23 naar 21 jaar. Op dit moment wordt er voor de hoogte van de huurtoeslag gekeken naar de werkelijke huur die iemand betaalt. Op basis van de hoogte van de huur en het inkomen van de huurder wordt een deel van die huurprijs gecompenseerd. In het regeerakkoord staat dat het kabinet in plaats van de echte huurprijs, vanaf 2025 uit wil gaan van een vaste huurprijs. Die huurprijs ligt op € 548 per maand zegt het CPB. Dat betekent dat huurtoeslagontvangers met een lagere huur erop vooruit gaan, maar huurders met een hogere huur erop achteruit. Zij kunnen dus makkelijk in de problemen komen omdat een deel van de huurtoeslag wegvalt.

Servicekosten niet meer onder huurtoeslag

Elke huurtoeslagontvanger betaalt een deel van de huur 100% zelf. Pas boven dat bedrag wordt de huur (deels) vergoed door de huurtoeslag. Ook hier geldt dat de precieze hoogte van de eigen bijdrage afhangt van de hoogte van het inkomen en de huur. Het kabinet wil de eigen bijdrage gaan verhogen. Dat betekent dat alle huurtoeslagontvangers een hoger bedrag uit eigen zak moeten betalen en minder gecompenseerd gaan worden. In 2024 wordt de eigen bijdrage in de huurtoeslag met 2 euro per maand verhoogd. In 2025 met nog eens 2 euro.

De doorrekeningen van het regeerakkoord door het Centraal Planbureau (CPB) laten zien dat veel huurtoeslagontvangers er de komende jaren op achteruit zullen gaan met de plannen van het kabinet. Ook de servicekosten vallen straks niet meer onder de huurtoeslag. Nu krijgt men huurtoeslag over de ‘rekenhuur’. De huurprijs plus een deel van de servicekosten. Vanaf 2024 mag men de servicekosten niet meer meerekenen. Deze kosten worden dan dus niet meer gecompenseerd via de huurtoeslag.

De Woonbond heeft grote zorgen over de impact van de huurtoeslagplannen voor huurders met een smalle beurs. De huur is voor hen nu al vaak niet op te brengen, zoals bleek uit een eerder onderzoek van het Nibud in opdracht van de Woonbond en Aedes. Voor corporaties ligt er een duidelijke opdracht. Nu de verhuurderheffing wegvalt, veel huurders zien dat de dagelijkse boodschappen duurder worden en lage inkomens in veel gevallen minder huurtoeslag gaan ontvangen, moet betaalbaarheid de topprioriteit worden.

De auteur van dit artikel, Zeno Winkels, is directeur van de Woonbond.



Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *