Nauwelijks bewijs dat beautysector wordt misbruikt voor ondermijnende criminaliteit

04 september 2025

Er bestaat een hardnekkig beeld dat de beautysector kwetsbaar is voor ondermijnende criminaliteit, zowel bij professionals, de overheid als in de sector zelf. Maar uit onderzoek blijkt dat hiervoor nauwelijks bewijs is. Van een link met georganiseerde criminaliteit blijkt zelden sprake. Deze mismatch in beeld kan deels worden verklaard door een verschil in wat wordt beschouwd als ondermijnende criminaliteit en door culturele verschillen in de manier van zaken doen.

Onderzoeksbureau Ateno heeft samen met Ipsos I&O in opdracht van het WODC onderzocht wat de aard, omvang en mechanismen van verschillende vormen van ondermijnende criminaliteit zijn die binnen de beautysector voorkomen. Ze keken ook hoe de weerbaarheid van de sector tegen deze criminaliteitsvormen kan worden verhoogd. De beautysector is in het onderzoek afgebakend tot kappersbedrijven, nagelstudio’s, tattooshops, massagesalons en zonnestudio’s.

Hoe groot is de beautysector?

De onderzoekers schatten dat er in deze sector ruim 50.000 ondernemingen bestaan. Kapperszaken (67%) en nagelstudio’s (20%) vormen de grootste groep, het aandeel massagesalons en tattooshops (beide 6%) is veel kleiner. Slechts 1% bestaat uit zonnestudio’s. Kenmerken van deze sector zijn dat er relatief veel gebruik is van contant geld, dat er sprake is van chemicaliën die ook voor drugs kunnen worden gebruikt en dat de toegang tot de beroepen eenvoudig is. Deze kenmerken en de combinatie met de grote aantallen beautyzaken in het straatbeeld versterken het beeld dat de sector kwetsbaar is voor ondermijnende criminaliteit.

Publieke beleving

Uit onder andere een analyse van politiedossiers en gerechtelijke uitspraken blijkt dat er een groot verschil is tussen wat daadwerkelijk wordt geregistreerd als ondermijnende criminaliteit in de beautybranche en de publieke beleving.

Dat kan volgens de onderzoekers onder andere verklaard worden door:

  • Het hanteren van een bredere definitie van ondermijning. Zo beschouwen de respondenten in het onderzoek het creëren van zwart geld ook als ondermijnende criminaliteit, terwijl hierbij geen sprake is van georganiseerde criminaliteit.
  • Culturele verschillen, zoals het hanteren van andere openingstijden of het veelvuldig aanwezig zijn van familie en bekenden in de zaak. Deze andere werkwijze kan nog wel eens worden geassocieerd met ondermijnende criminaliteit.

Minder kwetsbaar

Ook vanuit een nadere theoretische beschouwing is het niet geheel verassend dat de beautysector minder kwetsbaar is voor ondermijnende criminaliteit dan wordt verondersteld. Zo worden binnen de sector geen diensten aangeboden die noodzakelijk zijn voor het criminele proces, zoals dat bijvoorbeeld wel geldt voor de transportsector of bedrijven voor opslagruimtes. Bovendien is de omzet van beautybedrijven doorgaans niet interessant genoeg voor het op grote schaal witwassen van crimineel geld. En het gebruik van chemicaliën is ook niet zo groot dat het interessant is voor drugscriminelen.

In het onderzoek zijn wel enkele zaken naar voren gekomen waarbij er sprake lijkt te zijn van dekmantelconstructies. Die hadden echter meer te maken met de persoon in kwestie dan met de aantrekkelijkheid van de sector voor dit doel. Er wordt ook wel ‘gerommeld’ in deze sector, met onder meer zwartwerken of het aanbieden van seksuele diensten zonder vergunning daarvoor. Maar er lijkt dus geen sprake van een structureel probleem binnen de sector.

Suggesties voor beleid

Het onderzoek vormt geen aanleiding om intensief beleid te voeren tegen ondermijning in deze sector. Maar omdat het bestaande beeld hardnekkig kan zijn, moet het uitblijven van beleid wel goed worden uitgelegd, om onbegrip te voorkomen.

Daarnaast geven de onderzoekers twee suggesties om de algemene preventie van criminaliteit in de sector aan te scherpen. Het instellen van een vergunningplicht kan voorkomen dat crimineel geld wordt gebruikt voor het starten van een onderneming. Ondernemers die een bedrijf willen starten op een fysieke locatie kunnen worden gescreend en ook na verlening van de vergunning worden gecontroleerd.

Daarnaast pleiten de onderzoekers voor een betere gegevensuitwisseling tussen overheidsinstanties. Die kan bijdragen aan intensievere handhaving na signalen die wijzen op (ondermijnende) criminaliteit bij een beautybedrijf.

Lees hier het rapport

Plaats uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *