De Nederlandsche Bank (DNB) heeft op 6 mei 2025 een bestuurlijke boete van 2,6 miljoen euro opgelegd aan internetbank bunq B.V. wegens ernstige tekortkomingen in de naleving van de Wet ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering (Wwft). Het gaat om tekortschietende cliënt- en transactiemonitoring in de periode januari 2021 – mei 2022.
Uit onderzoek van DNB blijkt dat bunq in meerdere hoogrisicodossiers onvoldoende opvolging gaf aan signalen en onregelmatigheden. Zo werden alerts uit transactiemonitoring niet of niet diepgaand genoeg onderzocht, waardoor witwasrisico’s te laat of helemaal niet in beeld kwamen. Ook kon bunq onvoldoende onderbouwen waarom transacties met vergelijkbare kenmerken in sommige gevallen wel en in andere gevallen niet werden gemeld bij de Financial Intelligence Unit (FIU-NL).
DNB rekent bunq zwaar aan dat de tekortkomingen voortkwamen in hoogrisicodossiers, waar juist een intensievere controleplicht geldt. De toezichthouder stelt dat de bank hierdoor onvoldoende zicht had op cliënten en hun transacties.
Recidive en ernst van de overtreding
De boete volgt op een reeks eerdere onderzoeken bij bunq sinds 2018, waarbij herhaaldelijk overtredingen van de Wwft werden vastgesteld. Eerdere handhavingsmaatregelen, waaronder een eerdere boete, hebben volgens DNB niet geleid tot duurzaam herstel.
Omdat sprake is van ernstige en verwijtbare overtredingen – in strijd met artikel 3, lid 2, sub d Wwft – kiest DNB ditmaal voor een punitieve sanctie. Bij de hoogte van de boete is rekening gehouden met de omvang en draagkracht van bunq. In het voordeel van de bank weegt mee dat zij recent een herstelprogramma heeft afgerond om tekortkomingen te verhelpen.
Juridisch vervolg
bunq heeft bezwaar aangetekend tegen het besluit. De procedure loopt nog. Als bezwaar, beroep of hoger beroep uitblijft, wordt de boete onherroepelijk.
Breder beeld: alle banken onder druk
De sanctie tegen bunq staat niet op zichzelf. Vrijwel alle Nederlandse banken zijn de afgelopen jaren aangesproken of beboet vanwege tekortschietende witwascontroles. ING schikte in 2018 voor €775 miljoen, ABN AMRO in 2021 voor €480 miljoen. Rabobank werd eveneens beboet en moet mogelijk nog voor de rechter verschijnen. Ook kleinere spelers als ASN Bank en Triodos Bank kregen aanwijzingen van DNB om hun processen te verbeteren.
Voor toezichthouders geldt dat de aanpak van witwassen topprioriteit blijft, terwijl banken hun rol als poortwachter verder moeten professionaliseren.
Spanningsveld: toezicht versus proportionaliteit
Tegelijkertijd groeit de maatschappelijke discussie over de keerzijde van deze strenge aanpak. Demissionair minister Heinen van Financiën erkende vorig jaar dat de regels deels zijn doorgeslagen: bepaalde groepen klanten ervaren steeds meer belemmeringen bij het openen van een rekening of het doen van transacties. Banken, onder druk van toezicht en hoge boetes, hanteren soms disproportionele maatregelen die in de praktijk discriminerend kunnen uitwerken. ING bood hiervoor recent excuses aan en kondigde verbeteringen aan.